Belangrijke opmerking
Hieronder vindt u een compilatie van een aantal terugkerende vragen van verschillende belanghebbenden over de toepassing van de Verordening inzake algemene productveiligheid (Verordening (EU) 2023/988) "GPSR", samen met de belangrijkste antwoorden op deze vragen. Deze FAQ is bedoeld om bedrijven te helpen de algemene productveiligheidsregels van de EU beter te begrijpen.
Dit document is niet bedoeld als een allesomvattende interpretatiegids, noch als een volledige lijst van alle vragen en antwoorden die van belanghebbenden zijn ontvangen.
De voorgestelde antwoorden zijn niet bindend voor de Commissie en/of de diensten van de Commissie en kunnen niet worden beschouwd als een gezaghebbende interpretatie van de GPSR. Alleen de verordening inzake algemene productveiligheid heeft rechtskracht. Daarom kan alleen de GPSR wettelijke rechten en plichten voor personen en bedrijven creëren. De Europese Commissie en haar vertegenwoordigers zijn niet verantwoordelijk voor het gebruik van de volgende informatie.
Dit document schept geen afdwingbare rechten of verwachtingen. Bovendien kunnen alleen de Europese rechtbanken de GPSR met gezaghebbende werking interpreteren. De standpunten in dit FAQ-document zijn niet van invloed op het standpunt dat de Commissie zou kunnen innemen voor het Hof van Justitie.
Aangezien deze FAQ de beste praktijken weergeeft op het moment dat ze werd geschreven, kan ze zonder voorafgaande kennisgeving worden verbeterd en bijgewerkt. De Europese Commissie behoudt zich het recht voor het document te allen tijde te wijzigen en in alle fora en omstandigheden een andere koers te volgen.
Algemene regels
Vraag: Geeft de Commissie een reeks richtsnoeren voor de nieuwe verordening?
Antwoord: Ja, de Commissie zal een reeks richtsnoeren voor bedrijven opstellen, met name om kleine en middelgrote ondernemingen en micro-ondernemingen te helpen aan hun nieuwe verplichtingen te voldoen, zoals bepaald in artikel 17 van de GPSR.
De Commissie is van plan deze richtsnoeren aan te nemen en te publiceren voordat de GPSR van toepassing wordt.
Toepassingsgebied
Vraag: Welke soorten veiligheidsrisico's vallen onder de GPSR?
Antwoord: De GPSR heeft betrekking op gezondheids- en veiligheidsrisico's voor consumenten, waaronder risico's voor zowel de lichamelijke als de geestelijke gezondheid. Milieurisico's worden ook gedekt als ze een impact hebben op de gezondheid van de consument.
Vraag: Wat moet voorrang krijgen? EU-wetgeving inzake productharmonisatie of de GPSR?
Antwoord: Beide zijn belangrijk, maar hebben een verschillende rol. De GPSR voorziet in minimale veiligheidseisen voor producten op de interne markt van de EU die een aanvulling vormen op de harmonisatiewetgeving van de Unie voor producten om ervoor te zorgen dat alle producten veilig zijn en dat de risico's van deze producten worden gedekt. De GPSR biedt daarom een veiligheidsnet voor alle producten die op de interne markt van de EU worden gebracht of aangeboden.
Wanneer is de GPSR van toepassing?
- De GPSR is van toepassing op alle soorten producten (ook fysieke of digitale producten, waaronder software) die op de eengemaakte EU-markt worden gebracht of aangeboden, zolang er in de EU-wetgeving geen specifieke bepalingen met hetzelfde doel zijn opgenomen die de veiligheid van de producten in kwestie regelen (bv. kinderverzorgingsartikelen, meubilair, gymnastiekuitrusting, enz.)
- Als producten onderworpen zijn aan specifieke veiligheidsvoorschriften van de EU-wetgeving, is de GPSR alleen van toepassing op de aspecten en risico's of risicocategorieën die niet onder die voorschriften vallen. Voor speelgoed met laagspanningscomponenten is de GPSR bijvoorbeeld nog steeds van toepassing op bepaalde aspecten in verband met nieuwe technologie die niet onder de EU-speelgoedwetgeving vallen.
Sommige hoofdstukken van de GPSR zijn van toepassing op alle producten, zelfs als het betreffende product onder de harmonisatiewetgeving van de EU valt. Aanbieders van online marktplaatsen moeten bijvoorbeeld voldoen aan de GPSR voor alle producten die handelaren op hun interface aanbieden.
Welke hoofdstukken zijn ook van toepassing op producten die onder de harmonisatiewetgeving van de Unie vallen?
Voor producten waarvoor specifieke eisen gelden onder de harmonisatiewetgeving van de Unie, zijn de volgende hoofdstukken van de GPSR van toepassing
Hoofdstuk I: Algemene bepalingen
- Hoofdstuk II: Veiligheidseisen (beperkt tot risico's of risicocategorieën die niet onder de harmonisatiewetgeving van de Unie vallen)
- Hoofdstuk III, afdeling 2: Verplichtingen van marktdeelnemers (voor verkoop op afstand, melding van ongevallen in verband met de veiligheid van producten en bepalingen over informatie in elektronisch formaat)
- Hoofdstuk IV: Aanbieders van online marktplaatsen
- Hoofdstuk VI: Het snelle waarschuwingssysteem Safety Gate en Safety Business Gateway
- Hoofdstuk VIII: Recht op informatie en beroep
Vraag: Hoe werkt de GPSR samen met de Digital Services Act?
Antwoord: De GPSR en de Digital Services Act werken samen om veiligheidsproblemen aan te pakken die verband houden met illegale online inhoud, zoals een onveilig product dat via online marktplaatsen wordt aangeboden. Hoofdstuk IV van de GPSR is relevant voor alle consumentenproducten, met inbegrip van producten die onder de harmonisatiewetgeving van de Unie vallen.
(in de zin van artikel 3, lid 27, van de GPSR). De bepalingen van dit hoofdstuk, in het bijzonder artikel 22, moeten worden beschouwd in samenhang met de wet op de digitale diensten, die een algemeen en horizontaal kader biedt dat ruimte laat voor de invoering van specifieke productveiligheidseisen die voortbouwen op het horizontale kader.
Vraag: Kunnen dienstverleners onder het toepassingsgebied van de GPSR vallen wanneer producten worden gebruikt als onderdeel van hun dienst?
Antwoord: Diensten als zodanig vallen niet onder de GPSR. Om de gezondheid en veiligheid van consumenten te beschermen, is de GPSR echter wel van toepassing op producten die aan consumenten worden geleverd of beschikbaar gesteld (op de markt gebracht) om diensten te verlenen, met inbegrip van producten waaraan consumenten tijdens een dienst rechtstreeks worden blootgesteld.
Zie overweging 17 van de GPSR voor meer informatie.
Vraag: Hoe is de GPSR van toepassing op tweedehands producten?
Antwoord: De GPSR is van toepassing op alle producten die op de interne markt van de EU worden gebracht, ongeacht of ze nieuw, gebruikt of gerepareerd zijn. De enige uitzondering zijn producten waarvan duidelijk is aangegeven dat ze gerepareerd of opnieuw in goede staat gebracht moeten worden en antiek. De GPSR is ook van toepassing op tweedehands producten, die net als nieuwe producten aanvankelijk onder de harmonisatiewetgeving van de Unie vielen.
De vereisten verschillen, net als bij nieuwe producten, afhankelijk van wie het product verkoopt:
(1) Als een marktdeelnemer of handelaar het tweedehands product verkoopt, moet hij ervoor zorgen dat het voldoet aan de GPSR.
(2) Als een consument het tweedehands product verkoopt, heeft hij geen specifieke verplichtingen onder de GPSR, tenzij hij wordt beschouwd als een "marktdeelnemer" of een handelaar die het product te koop aanbiedt via een online marktplaats.
Tweedehands producten die vanaf 13 december 2024 voor het eerst in de EU in de handel worden gebracht als tweedehands product, moeten voldoen aan de eisen van de GPSR: distributeurs moeten controleren of de fabrikant of de importeur aan bepaalde specifieke eisen van de GPSR inzake traceerbaarheid en etikettering heeft voldaan voordat zij een product op de EU-markt aanbieden, en ervoor zorgen dat zij de veiligheid van het product tijdens de opslag of het vervoer niet in gevaar brengen. Producten die al vóór 13 december 2024 in de EU in de handel zijn gebracht, mogen zonder nieuwe etiketteringsvoorschriften in de handel blijven, ook voor wederverkoop als tweedehandsgoed na die datum, mits zij aan de GPSR hebben voldaan.
Vraag: Valt een artikel dat gratis wordt verstrekt binnen het toepassingsgebied van de GPSR?
Antwoord: Ja, een artikel dat gratis wordt verstrekt, valt binnen het toepassingsgebied van de GPSR. Zie artikel 3, lid 1, van de GPSR voor de definitie van een product als "elk artikel, al dan niet onderling verbonden met andere artikelen, dat tegen betaling of gratis wordt verstrekt of beschikbaar gesteld, ook in het kader van een dienstverlening, en dat bestemd is voor de consument of waarvan redelijkerwijs kan worden verwacht dat het door de consument kan worden gebruikt, ook al is het niet voor hem bestemd".
Vraag: Kan het ene bedrijf worden beschouwd als een online marktplaats en in andere gevallen als een marktdeelnemer?
Antwoord: Ja, gezien de complexe bedrijfsmodellen in verband met online verkoop, bepaalt een concrete dienst die een bedrijf levert in verband met een specifieke productvermelding zijn status en verplichtingen in het kader van de GPSR.
De specifieke verplichtingen voor aanbieders van online marktplaatsen als zodanig worden uiteengezet in artikel 22 van de GPSR. Het is echter belangrijk op te merken dat een bedrijf ook de functies van andere categorieën marktdeelnemers kan vervullen, aangezien het vaak zo kan zijn dat online marktplaatsen meer dan alleen intermediaire diensten aanbieden.
Een bedrijf dat bijvoorbeeld online marktplaatsdiensten aanbiedt voor specifieke productvermeldingen, kan optreden als een marktdeelnemer, bijvoorbeeld een fabrikant die zijn eigen merkproducten op de markt brengt, of als een verlener van fulfilmentdiensten, distributeur of importeur.
Vraag: Gelden GPSR-verplichtingen voor bedrijven van alle groottes?
Antwoord: In het algemeen gelden de GPSR-verplichtingen voor bedrijven van alle groottes. Consumenten hebben alleen recht op veilige producten en daarom kunnen er geen uitzonderingen worden gemaakt op basis van de grootte van een bedrijf.
Micro- en kleine online platforms onder de Digital Services Act zijn echter vrijgesteld van bepaalde verplichtingen, tenzij ze kwalificeren als zeer grote online platforms en deze vrijstelling heeft ook invloed op bepaalde verplichtingen voor aanbieders van online marktplaatsen onder hoofdstuk IV van de GPSR. Deze vrijstellingen omvatten:
- het gebruik van informatie uit de Safety Gate Portal om te voldoen aan de vereiste ex-post steekproeven - zoals gespecificeerd in artikel 31, lid 3 van de Wet Digitale Diensten;
het opschorten van de dienstverlening aan handelaren die vaak onveilige producten aanbieden nadat al eerder een waarschuwing is gegeven;
- het ontwerpen en organiseren van een online-interface die handelaren die het product aanbieden in staat stelt om voor elk product ten minste de vereiste minimuminformatie te verstrekken en ervoor zorgt dat deze informatie wordt weergegeven of anderszins gemakkelijk toegankelijk wordt gemaakt voor consumenten in de productvermelding.
Niettemin worden alle aanbieders van online marktplaatsen aangemoedigd om deze regels te volgen.
Over verplichtingen van bedrijven
Vraag: Moeten bedrijven voor alle producten een risicobeoordeling uitvoeren? Wie is verantwoordelijk voor de risicobeoordeling?
Antwoord: Wanneer een fabrikant een product op de markt brengt, moet hij ervoor zorgen dat het product veilig is (cf. art. 5 GPSR), en daarom moet hij een risicoanalyse van het product uitvoeren. De GPSR schrijft niet voor hoe dit moet worden uitgevoerd, maar stelt een aantal minimumaspecten vast waarmee rekening moet worden gehouden bij de beoordeling van de veiligheid van producten, zoals bepaald in hoofdstuk II.
Art 9(2) stelt dat de fabrikanten hun risicobeoordeling moeten documenteren met een minimum aan
informatie, waaronder de essentiële veiligheidskenmerken van het product, in de technische documentatie. Daarnaast moeten fabrikanten in de technische documentatie alle geïdentificeerde risico's vermelden, ongeacht het risiconiveau.
Vraag: Moeten alle producten die onder de GPSR vallen een technische documentatie hebben?
Antwoord: Ja, alle producten die onder de GPSR vallen, moeten vergezeld gaan van technische documentatie. Artikel 9, lid 2, bepaalt dat de technische documentatie ten minste de algemene beschrijving van het product en de essentiële kenmerken moet bevatten die relevant zijn voor de beoordeling van de veiligheid ervan. De hoeveelheid informatie die moet worden opgenomen, wordt per geval bepaald, afhankelijk van de complexiteit van het product.
Wanneer een mogelijk risico van het product is vastgesteld, bevat de technische documentatie ook een analyse van het mogelijke risico en de oplossingen die zijn gekozen om dit risico weg te nemen of te beperken, een lijst van alle relevante Europese normen en, wanneer er geen relevante Europese normen zijn, de lijst van nationale eisen of andere methoden in verband met de veiligheid van het product (zie artikel 9, lid 2).
De technische documentatie moet minstens 10 jaar worden bewaard en ter beschikking worden gehouden van markttoezichtautoriteiten. Belangrijk is dat de verantwoordelijke persoon voor producten die in de EU op de markt worden gebracht
De interne markt moet regelmatig controleren of het product nog steeds voldoet aan de technische documentatie.
De GPSR-richtlijnen bieden een modelsjabloon voor de technische documentatie.
Verantwoordelijke persoon en verantwoordelijke marktdeelnemer
Vraag: Komt de "verantwoordelijke persoon" onder de GPSR overeen met de "verantwoordelijke marktdeelnemer" onder de Verordening Markttoezicht?
Antwoord: Terwijl het toepassingsgebied van artikel 4 van de verordening markttoezicht alleen bepaalde harmonisatiewetgeving omvat, heeft de eis van de GPSR-verantwoordelijke persoon betrekking op alle producten die onder het toepassingsgebied vallen. De taken van de "verantwoordelijke persoon" in de EU in het kader van de GPSR zijn ook uitgebreider en omvatten:
- ervoor zorgen dat het product voldoet aan de technische documentatie-eisen als bedoeld in artikel 9, lid 2, van de GPSR;
- ervoor zorgen dat het product voldoet aan de vereisten inzake etikettering en informatieverstrekking van artikel 9, leden 5, 6 en 7, van de GPSR;
het verstrekken van gedocumenteerd bewijs van controles als markttoezichtautoriteiten daarom vragen;
- als voorwaarde voor het in de handel brengen van het product wordt het postadres en elektronische adres van de "verantwoordelijke persoon" vermeld op het product zelf, op de verpakking, het pakket of op begeleidende documenten en deze informatie wordt ook vermeld in aanbiedingen voor verkoop op afstand en aanbiedingen op online marktplaatsen.
Vraag: Wat zijn de taken van de "verantwoordelijke persoon" krachtens artikel 16, lid 1, van de GPSR?
Antwoord: De verantwoordelijke persoon heeft een belangrijke rol op het gebied van productveiligheid. De taken worden opgesomd in artikel 16, lid 2, en omvatten verantwoordelijkheden om ervoor te zorgen dat het product in kwestie voldoet aan de technische documentatie waarnaar in artikel 9, lid 2, wordt verwezen. De verantwoordelijke persoon moet er ook voor zorgen dat het product voldoet aan de eisen van artikel 9, leden 5, 6 en 7, dat fabrikanten verplicht om op passende wijze informatie te verstrekken over de identificatie van het product, de fabrikant en andere veiligheidsinformatie. Aanvullende verantwoordelijkheden worden beschreven in artikel 4, lid 3, van de Verordening Markttoezicht.
Vraag: Is de 'verantwoordelijke persoon' onder de GPSR hetzelfde als het centraal aanspreekpunt?
Antwoord: Nee, de 'verantwoordelijke persoon' en het ene contactpunt zijn juridisch gescheiden.
Eén contactpunt: dit verwijst naar een contactpunt dat fabrikanten, importeurs en aanbieders van online marktplaatsen moeten bieden voor communicatiedoeleinden.
Verantwoordelijke persoon: dit is een in de EU gevestigde marktdeelnemer die verantwoordelijk is voor het product dat op de interne EU-markt wordt gebracht.
Deze twee kunnen elkaar overlappen als de verantwoordelijke persoon de fabrikant in de EU is.
Vraag: Hoe werkt de toewijzing van de verantwoordelijke persoon? Als noch de fabrikant noch de importeur in de Unie is gevestigd, kan de "gemachtigde vertegenwoordiger" uit artikel 10 van de GPSR dan als "verantwoordelijke persoon" worden beschouwd?
Antwoord: Ja, als noch de fabrikant noch de importeur in de EU is gevestigd, kan de in artikel 10 bedoelde "gemachtigde vertegenwoordiger" als "verantwoordelijke persoon" optreden, als de fabrikant hem daartoe de opdracht heeft gegeven. Om de verantwoordelijke persoon te bepalen, moet het cascadesysteem van artikel 4, lid 2, van de verordening markttoezicht worden gevolgd:
1) Als de fabrikant in de EU is gevestigd, zijn zij de 'verantwoordelijke persoon'.
2) Als de fabrikant niet in de EU is gevestigd, wordt de importeur de 'verantwoordelijke persoon'.
3) Als geen van beide in de EU is gevestigd, dan kan de 'gemachtigde vertegenwoordiger' de 'verantwoordelijke persoon' zijn, als deze door de fabrikant voor deze rol is gemandateerd (schriftelijk mandaat vereist).
4) Als laatste redmiddel kan het fulfilmentcentrum deze rol vervullen. In dat geval wordt het fulfilment-centrum automatisch een 'verantwoordelijke persoon' (geen mandaat nodig).
De in de EU gevestigde 'verantwoordelijke persoon' moet samen met de contactgegevens van de fabrikant op de productverpakking worden vermeld. Deze eis geldt ook voor verkoop op afstand en online-aanbiedingen.
Zie voor meer informatie artikel 19, onder b), en overweging 21 van de GPSR.
Etiketteringsvereisten en elektronisch adres
Vraag: Wat wordt bedoeld met 'elektronisch adres'?
Antwoord: "Elektronisch adres" verwijst naar vormen van directe communicatie - bijvoorbeeld e-mail of een contactformulier op een website. Statische websites of telefoonnummers vallen hier niet onder.
Deze term is ontworpen om aangepast te kunnen worden aan toekomstige technologieën en gebruikt neutrale bewoordingen om verschillende vormen van directe communicatie te dekken.
Vraag: Kunnen fabrikanten producten alleen digitaal labelen, bijvoorbeeld met een QR-code?
Antwoord: Nee, om aan de verplichtingen van de GPSR te voldoen is alleen digitale etikettering niet voldoende. Volgens de huidige etiketteringsverplichtingen moet alle nodige informatie op het product worden aangebracht. Als dit niet mogelijk is (om andere dan esthetische redenen), dan moet de informatie op de verpakking of in een begeleidend document worden geplaatst.
Bedrijven kunnen de informatie nog steeds elektronisch beschikbaar maken. Maar omdat digitale etikettering de fysieke etikettering niet kan vervangen, moet dit een aanvulling zijn op de fysieke etiketten die ze verstrekken.
Zie artikel 21 van de GPSR voor meer informatie over digitale etikettering.